Ondernemen is een inspannende en zware zaak. Het vervelende is dat het lang niet altijd loopt zoals je zou willen. Als je die grote opdracht misloopt, blijf je uit boosheid een tijdje nadenken over hoe (oneerlijk) je behandeld bent. Waarom is het zo gelopen? Wiens schuld was het eigenlijk en waarom voel je je nu zoals je je voelt? Vaak zijn het de gevoelens die je aanzetten tot piekersessies en slapeloze nachten. Het is helemaal niet zo vreemd als je je zorgen maakt. Trek het je echter niet aan. Hoe beter je in staat bent om je niet te laten meeslepen in vervelende negatieve gedachten en gevoelens, hoe prettiger je je voelt. Vind nieuwe mogelijkheden om de problemen op te lossen en gebruik die opties om ergens beter in te worden. Ga achteraf de feiten grondig analyseren en vind uit waarom het zo fout gegaan is. Bedenk vooral wat je ervan kunt leren. Als je hier eenmaal goed in bent, voel jij je prettiger. Gebruik je hersenen creatief om niet te verzinken in negatieve emoties. Hier zijn vijf aanwijzingen hoe om te gaan met piekersessies:
- Belangrijkste les voor de toekomst: herkauwen wat in het verleden is gebeurd, heeft weinig zin. Je kunt er niets aan veranderen. Behalve als je op zoek gaat naar een oplossing of les voor de toekomst. Want hoe los je een vergelijkbare kwestie in de toekomst op?
- Hoe is beter dan waarom. Waarom overkomt jou dit? Waarom ben ik niet beter? Op zulke vragen vind je waarschijnlijk geen antwoord. Het is beter om in de toekomst in plaats van ‘waarom’ hoe-vragen te stellen. Waaromvragen leiden tot een slechte stemming en somberheid. Waarom heb ik dit altijd? Hoe vragen leiden je naar oplossingen. Hoe kan ik dit een volgende keer wel laten lukken.
- Als je merkt dat je dikwijls piekert, plan dan 20 minuten in en beperk het gepieker tot die tijd. Je mag op dat moment je gedachten alle kanten op laten gaan. Na zo’n piekertijd doe je iets productiefs. Sla je toch weer aan het piekeren, herinner jezelf er dan aan dat je daar pas later tijd voor inplant.
- Elke gedachte is als een trein. Benader je gedachten als een treinspotter op een station waar je passerende treinen bekijkt. Je beschouwt het, maar stapt niet in. Je bent nieuwsgierig, maar oordeelt niet en gaat niet in discussie. Het helpt daarbij om wat voorbijkomt te labelen als zijnde een gedachte. Je gedachte: ik schiet met mijn zaak echt te kort wordt dan: ik heb de gedachte dat ik voor mijn zaak tekortschiet. Hierdoor krijg je een minder negatieve gedachte.
- Houd je volle aandacht erbij. We piekeren vooral als we simpele bezigheden doen die weinig aandacht vragen. Probeer er toch je volledige aandacht op te richten. Werkt het niet, zoek dan een activiteit die wel al je aandacht vraagt zodat je gedachten minder snel afdwalen. Ga sporten, lezen of afleiding zoeken. Doe iets prettigs om de vervelende gedachten te verdrijven. Het is op korte termijn heel effectief maar werkt jammer genoeg niet op langere termijn op negatieve gebeurtenissen.